NL / EN

Wat Laatmiddeleeuwse Gregoriaanse Manuscripten doen met een Hedendaagse Zanger van Gregoriaans.

Hendrik Vanden Abeele voerde onderzoek naar de ontwikkeling, constructie en creatie van een hedendaagse uitvoeringspraktijk van laatmiddeleeuws gregoriaans. De gregoriaanse zanger van vandaag wordt geconfronteerd met vele uitdagingen. Dat zijn ondermeer vragen rond taal en vocale technieken, zoals de mogelijke uitspraken van het Latijn, het gebruik van de stem en de toonhoogte; uitvoeringsaspecten zoals ritme, metrum, tempo en frasering; contextuele overwegingen zoals de samenstelling van het ensemble, de plaats en de tijd van uitvoering; en repertoire-kwesties, zoals de transmissie van het oude repertoire en de aanmaak van nieuw repertoire, regionale verschillen binnen het repertoire zelf, het gebruik van simple polyphony, en de interactie tussen gregoriaans en polyfonie.
1411035998 hendrikvandenabeele 01

Hendrik Vanden Abeele

zang
Trefwoorden: performance practice, voice, plainchant, plainsong
Looptijd: 2004-2014
Periode: oude muziek (voor 13de eeuw)
Type musicus: zang
Universiteit: Universiteit Leiden

De vele uitdagingen en hindernissen kunnen opportuniteiten worden, als de uitvoerder de onzekerheden met eigen ideeën, kleuren en texturen gaat invullen. Hij/zij zal zelfs geneigd zijn buiten de lijntjes te kleuren, om zo de praktische en historische belemmeringen op een creatieve manier Nederlandse samenvatting 447 aan te pakken. De dubbele status van onderzoeker en/als uitvoerder is hierbij een belangrijke factor. Die status beïnvloedt de theoretische en de praktische kennis, alsook de ontwikkeling tot een ‘habitus van de expert’, waarin de belichaamde know-how en de tacit knowledge van de kunstenaar gevierd wordt. De resulterende grensvervagende activiteiten laten zich in drie ambities samenvatten. Ten eerste: kijken of en hoe de muzieknotatie van laatmiddeleeuwse gregoriaanse manuscripten concrete aanwijzingen geeft voor de uitvoering ervan. Ten tweede: meer in het algemeen zien en ervaren hoe de manuscripten zelf antwoorden kunnen geven op uitvoerings-gerelateerde vragen; hoe bepaalde karakteristieken van deze manuscripten zangers tot verrassende of onverwachte klanken en perspectieven kunnen leiden; hoe hedendaagse oefening in of beoefening van gregoriaans ons begrip van de verschillende historische bronnen kan beïnvloeden — met andere woorden: wat deze manuscripten ons doen doen als uitvoerders. En ten derde: het potentieel van de menselijke stem exploreren als een tool in de ontwikkeling van een uitvoeringspraktijk van laatmiddeleeuws gregoriaans.

Prof. Frans de Ruiter (1ste promotor), Prof. Ike de Loos (†, 1ste promotor); Marcel Cobussen (co-promotor), Pieter Mannaerts (co-promotor), Dirk Snellings (†, co-promotor)